Teksten wereldlichtjesdag 2016

Teksten gesproken bij de herdenking van Wereldlichtjesdag op zondag 11 december 2016 te Weerselo

 

Gedicht: Kaarsenlicht

 

Omdat ieder lichtje een verhaal is

groter dan alle woorden

van missen en dood

van liefde levensgroot

die we ooit spraken en hoorden

daarom maken we licht

 

Omdat samen niet alleen is

als de dagen donker zijn

zo ver weg, zo dichtbij

de sterren ver voorbij

delen in liefde en pijn

daarom maken we licht

 

Omdat alles er mag zijn

als je rouwt om een kind

de schreeuw en de stilte

de warmte en de kilte

die je steeds weer op je weg vind

daarom maken we licht.

 

Omdat ze nooit worden vergeten

omdat ze werkelijk bestaan

iedere naam, ieder lichtje

iedere ziel, ieder gezichtje

gekoesterd in je hart voortaan

daarom maken we licht

 

 

 

HET LICHTJE

 

Een lichtje van de kleinste kaars

kan het diepste donker breken

dan is daar die ene kaars om

duizend andere aan te steken

 

Voeg bij duizend andere lichtjes

een miljoen of twee of tien

net zolang tot heel de wereld

in het donker weer kan zien

 

Belangrijk is dat eerste lichtje

‘t maakt niet uit hoe zwak of klein

als het maar voldoende kracht heeft

’t begin van al dat licht te zijn.

 

 

 


De vogel

 

Er was eens een man die zeven vogels had. Ze pronkten

in gouden kooien. De een zong nog mooier dan de

ander. Elke ochtend zongen ze voor de man en de

vogelman zong zijn mensen lied.

Maar op een kwade dag kwam een harde windvlaag

door het geopende raam. Een van de kooien viel om en

brak. De vogel vloog verschrikt door het open raam naar

buiten. De man was diep bedroefd want hij hield van de

vogels alsof het zijn kinderen waren.

De achtergebleven dieren treurden om het verlies van

hun beste vriend. Ze zongen niet meer, het werd stil in

de kamer, de ramen bleven dicht de dagen gingen

voorbij.

Tot op een dag de zon naar binnen scheen.

Eindelijk durfde de man het raam weer open te doen.

Daar hoorden zij een lied, een vogel aan het raam,

het was hun eigen vriend!

Hij zong uit volle borst, mooier dan ooit tevoren,

‘Wees niet bedroefd,’ zong hij, ‘‘ik ben gelukkig, ik kan

hoger vliegen dan de hoogste boom en verder dan het

verste bos, ik drijf op de wind tot boven de wolken,

tot dicht bij de zon, niet meer gebonden, niet meer

gekooid!’

Hij jubelde aan hun raam, aan tralies voorbij

over wat hij in zijn vlucht voor hen al had gezien:

‘Alles heeft zijn plaats en alles heeft zijn tijd

alles is aan het wórden en jullie worden mee,

het wordt zo mooi, zo mooi, maar vraag me nog niet hoe

zo mooi kan ik niet zingen.’

Auteur: Yvonne van Emmerik


Ben jij dat?

 

Soms vind ik plotseling een zachtgele vlinder

wachtend op mijn pad.

Dan denk ik: ben jij dat?

Dan weer een kwieke jonge merel

zo vlak bij mijn voet

mij aankijkend als een vogel zelden doet.

Van jou een groet?

Of het lieveheersbeestje daarnet

dat uit de hemel viel

en vol vertrouwen op mijn vinger zat.

Was het jouw ziel

die ik voorzichtig neergezet

heb op een rozenblad?

 

Zo geef je me steeds weer een teken

als ik er niet op reken.

Het maakt mij iedere keer weer blij,

ik voel je even weer dichtbij.

 

 

(uit: Helend dagboek, van Marlies van Zon”).

 

 

Zoeken

MMM17-IMG_4242-by-inekiekje.jpg

Rejoice op Facebook

We hebben 3 gasten en geen leden online

© 2022 Rejoice Weerselo / Tab-R. All Rights Reserved. Designed By JoomLead